De komkommermarkt
De Nederlandse kaskomkommerteelt
In Nederland worden komkommers altijd in kassen geteeld. In de zomer is het mogelijk zonder verwarming te telen, maar dat is niet eenvoudig vanwege problemen met schimmelvorming. Komkommers kunnen overal in Nederland op substraat worden geteeld, maar de teelt is geconcentreerd in de Kring, Westland, Brabant en Limburg (Venlo).
Het productieareaal neemt enigszins af. In 2017 komt het uit op minder dan 500 ha. De meeste komkommers worden geëxporteerd naar Europese landen, met name de buurlanden vanwege de korte houdbaarheid.
De Europese komkommermarkt
Komkommers worden op de Europese markt verkocht op maat en niet-geseald. Voor een goede houdbaarheid moeten de kwaliteit en de kleur daarom perfect zijn.
Aangezien komkommers parthenocarp geteeld worden - de natuurlijk of kunstmatig opgewekte vruchtvorming zonder bevruchting van de zaadknop; de vrucht bevat dus geen zaden - is er geen beperking bij de oogst, maar hoe ouder de vrucht wordt, hoe korter de houdbaarheid is.
Het is bijvoorbeeld onmogelijk komkommers te transporteren naar China, Amerika of andere continenten, in tegenstelling tot tomaten en paprika's. Spaanse komkommers worden geëxporteerd tot Duitsland en Scandinavië. Ze moeten dan echter wel geseald worden om vochtverlies tijdens transport te voorkomen. Dat is één van de redenen waarom er in Spanje andere rassen worden geteeld die beter bestand zijn tegen lange transportafstanden. Een andere reden is de lage temperatuur tijdens de productie omdat er geen verwarming wordt gebruikt.
Komkommers moeten binnen een halve dag na de oogst in de schappen van de supermarkt liggen en binnen 2-3 dagen worden verkocht, omdat de kleur en de stevigheid van de komkommer een paar dagen na de oogst verdwijnen. Alle vruchten moeten uiteraard volledig gaaf zijn en geen ziekten of residuen bevatten.